Scootmobielen in vluchtroutes; vanaf 1 juli expliciet benoemd in de wet
Gevaar en gemak
Een scootmobiel helpt bij de zelfstandigheid en het bewegingsgemak van verminderd zelfredzamen en wordt steeds meer gebruikt. Mensen die voor hun dagelijkse boodschap anders afhankelijk zijn van anderen, kunnen toch zelf naar de winkel. De scootmobiel brengt zo kwaliteit van leven voor personen met een verminderde zelfredzaamheid. Omdat gebruikers van scootmobielen slecht ter been zijn staan ze vaak zodanig geparkeerd dat de loopafstand zo klein mogelijk is. Het komt daardoor vaak voor dat de scootmobielen in de vluchtroute of voor de nooduitgang worden geplaatst.
Het plaatsen van scootmobielen in vluchtroutes kan een hindernis vormen bij het ontvluchten tijdens brand of andere calamiteiten. Het creëert een potentieel gevaarlijke omgeving waar mensen kunnen struikelen en gedesoriënteerd kunnen raken, waardoor de evacuatie vertraagd wordt. Bovendien kan het de toegang voor hulpdiensten bemoeilijken, waardoor hun inzetsnelheid en aanvalsweg wordt vertraagd.
Een ander risico is het ontstaan van brand in een scootmobiel. Dit kan leiden tot de vrijlating van grote hoeveelheden giftige rook in de vluchtroute(s). Dit kan ernstige gezondheidsschade veroorzaken voor alle aanwezigen in het gebouw.
Kortom, het stallen van scootmobielen in vluchtroutes brengt risico’s met zich mee die de ontruiming en de inzet van hulpdiensten kunnen belemmeren. Het is daarom belangrijk om alternatieve opslagmogelijkheden te zoeken.
Wetgeving
Het nieuwe Bbl, welke sinds 1 januari van kracht is, maakt het glashelder: het is verboden om brandbare objecten in de vluchtroutes te plaatsen. Als aanvulling en verduidelijking komt er op 1 juli 2024 een wijzigingsbesluit op het Bbl. In hoofdstuk 6 (Gebruik van bouwwerken) van het Bbl worden in afdeling 6.2 (Brandveiligheid) twee artikelen toegevoegd die concrete eisen stellen aan het brandveilig gebruik van vluchtroutes in een gemeenschappelijke verkeersruimte in woongebouwen. Er wordt een (niet-limitatieve) lijst gegeven van brandgevaarlijke objecten die niet in de vluchtroute aanwezig mogen zijn:
- meubilair, met uitzondering van meubilair dat onbrandbaar is;
- fietsen en scootmobielen;
- afvalstoffen (zoals huisvuil, grofvuil, oud papier) en kratten;
- decoratie, met uitzondering van decoratie die onbrandbaar is.
Het gaat om objecten die geen onderdeel zijn van het woongebouw, maar die daarin door bewoners of eigenaar worden geplaatst. Objecten kunnen om diverse redenen brandgevaarlijk zijn. Het gaat om objecten die eenvoudig tot ontbranding worden gebracht met bijvoorbeeld een vlam van een aansteker. Maar ook om objecten die bij een eenmaal ontstane brand een bijdrage kunnen leveren aan de rookontwikkeling en branduitbreiding. Verder gaat het om objecten die zelf een ontstekingsbron kunnen zijn. Dit laatste betreft bijvoorbeeld scootmobielen waarbij de accu kan ontbranden.
Het stallen van scootmobielen in vluchtroutes was overigens al niet toegestaan uitgaande van de functionele eisen en de specifieke zorgplicht.
Waar dan wel?
Veel zorginstellingen kampen met ruimte tekort. Het vinden van alternatieve stalling is makkelijker gezegd dan gedaan. Maar er zijn wel voorbeelden waarin dit toch succesvol is uitgevoerd. Een recente casus in Tilburg liet bijvoorbeeld zien dat een speciale stallingsvoorziening voor scootmobielen uitbreiding van brand ontstaan door een scootmobiel heeft kunnen voorkomen.
Alternatieven kunnen worden gezocht in het creëren van overdekte fietsenstallingen, het inrichten van speciale bergingen[1] voor scootmobielen, of het toepassen van voorzieningen die 1 specifieke scootmobiel brandveilig afschermen. Let op, in dat geval moet de scootmobiel nog steeds uit de vluchtroute worden gehaald!
Een schuur of garage naast een woning of woongebouw is een veilige locatie voor de stalling van een scootmobiel. Een eventuele brand door de scootmobiel levert dan geen direct gevaar op voor bewoners. Natuurlijk moeten bewoners dan wel een langer stuk zelf lopen. Maar ook hier zijn oplossingen voor te bedenken. Er zijn voorbeelden bekend van zorginstellingen die rollators ter beschikking stellen om van en naar de scootmobielruimte te komen.
Het plaatsen van een scootmobielbox buiten het woongebouw is ook een mogelijkheid. Hiervoor moet meestal wel toestemming zijn van de eigenaar van de grond (gemeente of gebouweigenaar). Bij het bepalen van de locatie van de box moet goed worden opgelet dat een eventuele brand niet kan overslaan naar het woongebouw. De beste plaats is daarom op enkele meters afstand van de gevel of met een dusdanige tijd van bescherming tegen branddoorslag en brandoverslag dat deze tijdig geblust kan worden.
Een voorbeeld hiervan is de VOSS[2] (veilige Ondergrondse Scootmobiel Stalling). Voor een paar tientjes in de maand is de scootmobiel veilig onder de grond gestald en worden alle brandrisico’s weggenomen. Dit is een stalling in de grond waardoor de scootmobiel beschermd tegen vandalisme en branduitbreiding is opgeborgen. VOSS heeft een CE-keur en is goedgekeurd door het liftinstituut. De stalling is veilig, gemakkelijk in gebruik, duurzaam, betaalbaar en kent een lange levensduur.
Meer informatie? Bekijk de volgende links:
https://www.brandweer.nl/nieuws/geen-scootmobiel-meer-in-de-gang
https://www.q-fog.nl/voor-wie/gelijkwaardige-oplossingen-voor-bouwkundige-brandveiligheid
https://vved1.nl/wp-content/uploads/2020/08/VRH-Handreiking-Veilig-stallen-van-scootmobielen.pdf
[1] https://www.hoefnagels.com/referenties/scootmobielstalling/
Geschreven door Carolien de Vries en Tom Boersma – info@dezorgbrandveilig.nl