Ruimte in Bouwbesluit voor gelijkwaardige alternatieve brandveiligheidsmaatregelen
Het uitgangspunt bij een risicogestuurde aanpak van brandveiligheid is dat alle risico’s in kaart worden gebracht om op basis daarvan afgewogen keuzes te maken voor maatregelen. Als die eigen maatregelen leiden tot een gelijkwaardige of zelfs betere brandveiligheid, kunnen zorginstellingen in overleg met de toezichthouder afwijken van bepaalde voorschriften uit het Bouwbesluit. Maar wat houdt dit gelijkwaardigheidsbeginsel eigenlijk in? En hoe werkt het in de praktijk?
Ruimte voor alternatieven
Iedere zorgorganisatie moet voldoen aan wet- en regelgeving. Maar het Bouwbesluit 2012 en de bijbehorende Rijksvisie op brandveiligheid geven ook meer dan ooit ruimte om voorschriften te vervangen door alternatieven die leiden tot een gelijkwaardige of bij voorkeur betere brandveiligheid. Denk aan het installeren van een automatische blusinstallatie om grotere compartimentering te kunnen toepassen, of het vergroten van de brandwerendheid van slaapvertrekken en gangen om een te kleine BHV-capaciteit te compenseren.
In de praktijk wordt het gelijkwaardigheidsbeginsel echter nog weinig toegepast, omdat er bij organisaties zorgen bestaan over de aansprakelijkheid op het moment dat het toch mis mocht gaan. Dat wordt extra gevoed door de onduidelijkheid die soms tussen verschillende betrokken partijen optreedt over wat precies gelijkwaardige alternatieven zijn. Brandweer, gemeente en zorgorganisaties hebben soms verschillende opvattingen over hoe en wanneer gelijkwaardigheid bereikt wordt. Het gevolg is dat organisaties gaan ‘stapelen’; ze nemen extra maatregelen bovenop de al bestaande, wat leidt tot onnodige extra investeringen in brandveiligheid.
Balans vinden tussen maatregelen
Uitgangspunt bij het bepalen van gelijkwaardige alternatieven is dat alle genomen maatregelen in balans zijn en samen een voldoende mate van brandveiligheid opleveren. Maatregelen kunnen bijvoorbeeld gezocht worden in de organisatie, techniek en het gebouw. Het Stuurwiel Risicogestuurde Brandveiligheid maakt met zes aandachtsgebieden inzichtelijk waar en welke maatregelen getroffen kunnen worden, en hoe de balans daartussen in stand blijft. Zo wordt duidelijk dat bijvoorbeeld het terugbrengen van de BHV-organisatie – dus het verminderen van de maatregelen op het gebied van ‘Organisatie & beleid’ – gecompenseerd kan worden met extra investeringen in de installatie en techniek of in het gebouw en de inventaris. Welke maatregelen (kunnen) worden toegepast, is geheel afhankelijk van de situatie en de risico’s. Dus is een goede risico-inschatting essentieel.
Meander MC: “Een verantwoorde keuze gemaakt”
Meander Medisch Centrum, een topklinisch ziekenhuis met zeven locaties in Amersfoort en omgeving, is één van de organisaties die gelijkwaardige maatregelen heeft getroffen tijdens de nieuwbouw. Het nieuwe Meander MC moest geen klassiek ziekenhuis worden, maar een healing environment. Oftewel ruimer bouwen dan de regels van het Bouwbesluit voorschrijven. Samen met de brandweer, de architect en een adviesbureau heeft Meander MC plannen gemaakt voor een ziekenhuis met eenpersoonkamers en gangen zonder brandwerende deuren, maar met gelijkwaardige alternatieven.
Harry Lip, adviseur veiligheid en hoofd BHV: “Een risicogestuurde en integrale aanpak van brandveiligheid is nodig in de zorg. Regelgeving is één ding, een brandveilig ziekenhuis is echt iets anders. Ik zou elke zorginstelling adviseren te kijken naar de risico’s en te handelen op de grootste risico’s in jouw locaties. Brand kan ook bij jou gebeuren, zorg dat je mensen zijn voorbereid. Een BHV-organisatie kan het niet alleen, elke medewerker moet weten wat hij moet doen bij brand. Iedereen moet zorgen voor zijn eigen veiligheid, maar zeker ook voor de veiligheid van de persoon waar we de zorg voor hebben. De zorg voor onze patiënten houdt niet op zodra er iemand ‘Brand!’ roept.”